Rondleidingen
Ontdek de verhalen die schuil gaan achter de werken in de tentoonstelling Barbara van Houten – In het licht van De Mesdags.
Ontdek de bijzondere etsen, tekeningen en schilderijen van Barbara van Houten. In Barbara van Houten – In het licht van De Mesdags staan haar grote veelzijdigheid, artistieke ontwikkeling en de invloed van familierelaties op haar werk centraal.
Barbara van Houten (1862-1950) is een vergeten vrouwelijke kunstenaar die een belangrijke rol speelde in de 19de-eeuwse Nederlandse kunstwereld. Met steun en aanmoediging van haar familie, onder wie haar tante Sientje Mesdag-van Houten en oom Hendrik Willem Mesdag, ontwikkelde ze zich tot een veelzijdig en gerespecteerd kunstenaar.
Ze maakte intieme tekeningen, kleurrijke aquarellen, grootse olieverfschilderijen en deed ook aan houtbewerking, maar het waren met name haar karaktervolle etsen waarin zij uitblonk.
Barbara van Houten kwam uit een welgestelde Gronings-Drentse familie die meerdere kunstenaars telde. Al jong koos ze voor een leven als kunstenaar, gestimuleerd en financieel ondersteund door haar familie. De warme banden vormden een vruchtbare bodem voor haar artistieke ontwikkeling.
Ze groeide op in het huis naast De Mesdag Collectie, dat gesticht was door haar oom en tante Mesdag-van Houten. Met hen had zij een levenslange, bijzondere band die gekenmerkt werd door artistieke samenwerking, inspiratie en wederzijdse steun.
Van Houten was een van de weinige vrouwelijke kunstenaars in haar tijd die etste. In 1880 verbleef ze een jaar in Parijs, waar ze zich grotendeels zelfstandig de etstechniek eigen maakte. Haar scherpe observatievermogen en technische vaardigheid leidden tot krachtige etsen.
Critici en collega-etsers merkten haar talent op en schreven vol lof over haar werk. Kunstenaar en kunstcriticus Philip Zilcken omschreef haar in 1896 als
‘eene zeer bijzondere persoonlijkheid in de moderne etskunst’
Eenmaal terug in Nederland maakte ze sprekende landschappen, stillevens, portretten en interieurscènes. Ook maakte ze veel reproducties, waarvoor de kunstcollectie, het museum en de woning van het echtpaar Mesdag een rijke bron van inspiratie vormden. Aangezien ze twee jaar lang bij haar oom en tante in huis woonde, kon ze die omgeving goed bestuderen.
Haar bloeiende kunstenaarscarrière kwam op een lager pitje te staan toen Van Houten in 1890 terugkeerde naar het ouderlijk huis om voor haar halfbroertje en -zusje te zorgen. Ze bleef werken, maar steeds vaker in andere media, zoals aquarel en olieverf. Rond 1910 stopte ze definitief met etsen.
Kleur werd vanaf dat moment een essentieel element in haar werk, ook in haar tekeningen. Waar ze aanvankelijk koos voor een subtiel palet, werden haar latere werken steeds feller van kleur. Huiselijke taferelen, portretten van mensen uit haar directe omgeving en stillevens waren favoriete onderwerpen.